De Diksmuidse afdeling van het Davidsfonds mag dit jaar 140 (!) kaarsjes uitblazen.  En hiermee is het één van de oudste DF-afdelingen want ze werd opgericht amper één jaar nadat het Davidsfonds zelf het nationale levenslicht zag in Leuven in 1875.  En dat jarige Davidsfonds heeft nu een deel van zijn archiefbestanden overgedragen aan Diksmuides stadsarchief.

De documenten die werden geschonken zijn een deelarchief dat volgens DF-bestuurslid Herwig Callewaert onvolledig en eclectisch mag genoemd worden.  Er zitten dan ook veel wat hiaten in.  Uitzondering hierop zijn de vijf mappen met verslagen en jaarverslagen van wijlen Odiel Missinne die van 1959 tot 1999 afdelingssecretaris was.
Veertig jaar heeft Odiel Missinne stipt en nauwgezet deze secretaristaak waargenomen. Zijn verslagen zijn volgens Thijs Vandewoude, die eveneens deel uitmaakt van het bestuur, boeiend om te lezen en geven een relevant beeld van veertig jaar culturele werking van een vereniging. De zakelijke taal van een verslag overstijgt Odiel telkens met literaire kwaliteiten. Soms komt hij spits en luimig uit de hoek om bijvoorbeeld een afwezige te verontschuldigen. Zijn ironische verslagen over de discussie van het jaarlijkse souper getuigen van zijn taalvaardigheid.

Dat het Davidsfonds bij zijn 140-jarig bestaan een deel van zijn archiefstukken overdraagt, betekent niet dat men aan stoppen denkt.  De geestdrift is er volgens Thijs Vandewoude nog steeds.  Het Davidsfonds is dan ook al 140 jaar onafgebroken trouw gebleven aan de oorspronkelijke leuze “Voor Godsdienst, Taal en Vaderland”. Alleen de oorlogsperioden hebben voor een uitzondering gezorgd.
Intussen volgde Marc De Poorter, oud-leraar en onderdirecteur aan het Sint-Aloysiuscollege (midden op de foto) vorig jaar Jozef Dumoulin op als voorzitter. Met bestuurslid Herwig Callewaert (links) ging hij de archiefstukken van het Davidsfonds bezorgen aan stadsarchivaris Chris Vandewalle. (DLD)