Eind augustus bleek bij een consultatieronde rond het indienen van een kandidatuur om de Westhoek te laten erkennen als landschapspark dat niet niet alle Westhoekburgemeesters warm liepen voor dit project.  Vooral Ieper, Alveringem maar ook Diksmuide vreesden dat deze erkenning zou leiden tot een tsunami aan nieuwe regels die de ontplooiing van de regio in de weg zou staan.  Nochtans beoogt de erkenning als landschapspark net het tegenovergestelde, het voorkomen dat er een stolp kwam te staan boven de Westhoek.  Maar op de jongste gemeenteraad verduidelijkte Diksmuids burgemeester Lies Laridon nog eens haar standpunt : de erkenning als landschapspark was niet afgedekt door een decreet of wet zodat er geen rechtszekerheid was wat op zijn beurt zorgde voor onzekerheid.  De voorbije weken werd er druk overleg gepleegd op verschillende niveaus.  Dinsdagavond bogen de Westhoekburgemeesters zich nogmaals over het dossier.

Tijdens dat Westhoekoverleg van burgemeesters dat doorging in Ieper, had dit kunnen leiden tot de kandidatuurstelling om erkend te worden als één van de drie landschapsparken in Vlaanderen. Eerder was het immers de bedoeling om dan knopen door te hakken. Meteen zou de Westhoek dan, als haar kandidatuur vervolgens ook nog werd aanvaard door de Vlaamse Overheid, kunnen rekenen op 12 miljoen euro aan subsidies tijdens de komende 20 jaar.  Maar inmiddels laat men vanuit het Westhoekoverleg in een persmededeling weten dat de effectieve kandidatuurstelling dan toch voorbarig is.  Wel wil men het project alsnog een kans geven.  Maar tijdens het komend jaar zal men hierover eerst overleg opstarten met de partijen uit de verschillende sectoren.  Hierdoor zou er ten vroegste over een jaar een dossier kunnen ingediend worden bij de Vlaamse Overheid, maar enkel in zoverre er dan hiervoor een gedragen visie kan gevonden worden in de Westhoek.  (DLD)