Diksmuide broedt op twee waterplannen. Allereerst is men volgens schepen Martin Obin (CD&V) bezig met de opmaak van een hemelwaterplan voor het regenwater dat moet ofwel opgevangen, ter plaatse gehouden of vertraagd afgevoerd moet worden. Daarnaast werkt Diksmuide ook aan zijn rioleringsplan.  En die wijzigingen kunnen dan weer gevolgen hebben voor woningen in het landelijk gebied.  Hiermee antwoordde de Diksmuidse schepen op de opmerkingen van raadslid Kurt Vanlerberghe (SP.a-open) op de jongste gemeenteraad.   Deze had Diksmuide gewezen op haar klimaatuitdagingen en het gebrek aan budgetten die ze daarvoor wil vrij maken.  Diksmuide maakt weinig budget vrij voor rioleringswerken terwijl slechts 74% van de woningen aangesloten is op de riolering.  En Diksmuide maakt evenmin budget vrij om zich te beschermen tegen toekomstige extreme hittes en droogtes.  Maar een hemelwaterplan en de aanpassing van het rioleringsplan moeten dus voor het stadsbestuur het tegendeel bewijzen.

Diksmuide rolt haar hemelwaterplan uit in samenwerking met de verschillende polderbesturen, de Vlaamse Milieumaatschappij, de Vlaamse Landmaatschappij, de Vlaamse Waterweg, de provincie en nutsmaatschappij Fluvius.  Deze laatste neemt overigens ook het voortouw. Dit hemelwaterplan moet zorgen voor een visie op de verwerking van het hemelwater van bestaande en geplande wegenis, woningen, en (on)verharde oppervlaktes.  Het opvangen, ter plaatse houden of vertraagd afvoeren moet volgens schepen Obin gebeuren zonder dat het een negatieve impact heeft op het watersysteem of de omgeving.  Daarom volgt het hemelwaterplan vier algemene principes : de afvalstroom vermijden, het hemelwater gebruiken, de infiltratie en het bufferen, en tenslotte het vertraagd afvoeren.

En dan is er ook nog het rioleringsplan dat gekoppeld was aan de overname van Diksmuides riolering door nutsmaatschappij Fluvius die enkele jaren terug gebeurde.  In dat plan is opgenomen welke woningen kunnen aangesloten worden aan het openbaar rioleringsnet, welke woningen via een persleiding worden aangesloten en welke woningen hun afvalwater kunnen laten zuiveren door een IBA, een individuele zuiveringsinstallatie.
Maar dit rioleringsplan wordt nu aangepast.  En deze wijzigingen zouden er volgens schepen Obin weleens kunnen voor zorgen dat heel wat meer woningen in het open landschap hun afvalwater zelf zullen moeten laten zuiveren via een IBA in plaats van dit te laten afvoeren via een persleiding.  Dit zou volgens schepen Obin alvast het kostenplaatje kunnen drukken.  Maar ook met deze woningen moet volgens de schepen rekening gehouden om Diksmuides rioleringsgraad te bepalen.  Het percentage van 74% houdt immers enkel rekening met de woningen die rechtstreeks zijn aangesloten op het openbaar rioleringsnet.

De voorbije jaren werden in verschillende straten, zowel in het centrum als in deelgemeenten, de rioleringen al ontkoppeld zodat hemelwater en rioolwater afzonderlijk worden afgevoerd.  De dubbele putdeksels in het straatbeeld staan hiervoor symbool.  (foto) Maar dat er nog niet meer dergelijke rioleringswerken zijn uitgevoerd, kan volgens schepen Marc Deprez (Idee Diksmuide) evenmin in de schoenen van het stadsbestuur geschoven worden.  Voor deze werken is men immers afhankelijk van de toekenning van de noodzakelijke subsidies.  Verder ondersteunt Diksmuide ook particuliere acties.  Zo kent ze makkelijker vergunningen toe voor de aanleg van grote particuliere vijvers.  Tenslotte wees hij ook op het 400 hectaren groot Blankaartgebied dat als een groot waterbuffergebied moet gezien worden. (DLD)