In “Deze Week”, het gratis advertentieblad dat vorige week in de Diksmuidse bussen viel (de vroegere Streekkrant) stond in een rubriek die aftelt naar de gemeenteraadsverkiezingen de wildste droom van CD&V-schepen Marc De Keyrel.  Zijn wildste droom is een ziekenhuis voor Diksmuide.  Gedaan met verplaatsingen naar Ieper, Veurne of Roeselare, de dienst 100 is sneller in het ziekenhuis en patiënten krijgen er regelmatiger bezoek.    En die wilde droom van schepen De Keyrel ontketent een waterval aan nieuwe dromen : beter openbaar vervoer naar het ziekenhuis, een wachtpost voor huisartsen in het ziekenhuis en extra tewerkstelling met op zijn beurt extra woningen, meer inwoners en een sterkere lokale economie.  Maar intussen duiken er ook reacties op die deze droom doorprikken.  Marc De Keyrel betreurt alvast dat zijn droom bij anderen gezorgd heeft voor …. nachtmerries.

Voor Jan Colaert (N-VA) ligt de oorzaak van deze hersenspinsels van de schepen misschien wel bij een besmettelijke ijlkoorts die om zich heen grijpt in Diksmuide.  Tijdig inenten is voor hem de boodschap en dat kan straks in een ziekenhuis in Diksmuide.  Een pak van zijn hart, zo besluit hij met een knipoog.
Minder ludiek is de toon bij Jan Van Acker (Idee Diksmuide).  Voor hem toont de natte droom van de schepen hoe wereldvreemd een lokale politicus kan zijn.  Hoe graag iedereen een ziekenhuis zou hebben in Diksmuide, toch weet ook iedereen dat dit zowel structureel als financieel onmogelijk is.  Voor hem heeft Diksmuide dan ook een optimale uitbouw van een eerstelijnsgeneeskunde nodig en een beter georganiseerd ziekenvervoer.  Een goed uitgebouwde eerste lijn komt niet alleen de gezondheid maar ook de portemonnee van de bevolking ten goede.  Daarnaast moet er ook geïnvesteerd worden in een beter transport naar de ziekenhuizen.  Dringende medische hulp en MUG-interventies zijn accuraat maar kunnen nog beter.  Zou een tweede ambulance voor de dienst 100 een goede zaak zijn, ook het niet-dringend ziekenvervoer kan beter.
Voor Marc De Keyrel (CD&V) was het geenszins de bedoeling van deze bijdrage dat hij zich achteraf zou moeten verantwoorden waarom hij dit droomde.  Wel moest het iets leuks, ambitieus, ludieks zijn, gewoon als geld geen probleem zou zijn.  Het antwoord hoefde alvast niet realistisch te zijn, zo luidde het bij de vraagsteller van Deze Week.  Maar dat deze droom van een politieker komt, zal voor hem ongetwijfeld een invloed gehad hebben op de reacties.  Toch is Marc De Keyrel blij dat hij een politicus is die nog kan dromen en deze dromen ook durft mee te delen.  Het is voor hem trouwens ook typisch voor een droom dat deze vaak niet stroken met de wetgeving, haalbaarheid of programma.  Hij hoopt alvast dat alle Diksmuidelingen mogen dromen en nadien zelfs met de glimlach terugdenken aan die droom.  Anderzijds begrijpt hij wel dat er reacties komen, het is nu eenmaal een gevoelige snaar en onderwerp.  Schepen De Keyrel verontschuldigt zich nu al bij die enkele Diksmuidelingen voor wie zijn droom gezorgd heeft voor … een nachtmerrie. (DLD)