Tijdens de afgelopen zomerse BOB-campagne legde politiezone Polder minder bestuurders een ademtest op maar toch steeg het aantal chauffeurs onder invloed aanzienlijk. Voor korpschef Johan Geeraert zijn deze cijfers niet erg geruststellend.  Het aantal hardleerse bestuurders is voor hem duidelijk toegenomen zodat intensere controles zich opdringen.  Strenger dus maar ook rechtvaardig.  Want, wat reeds lang leeft in de Diksmuidse goegemeente, werd op de jongste politieraad ook vertolkt door Diksmuids politieraadslid Kurt Vanlerberghe: politiezone Polder viseert voor zijn alcoholcontroles enkele horeca-zaken op de Diksmuidse Grote Markt.  Politiepatrouilles blijven op de Grote Markt tot iemand een horecazaak verlaat.  Vervolgens wordt deze, indien hij of zij wegrijdt met zijn wagen, even later aan een alcoholcontrole onderworpen.  Maar voor korpschef Geeraert, die stelde hiervan niet op de hoogte te zijn, kan het niet de bedoeling zijn dat horecazaken of specifieke burgers geviseerd worden.  Indien dit al zou gebeurd zijn, dan betreurt hij deze werkwijze.  Kortom, alcoholcontroles moeten streng zijn maar ook rechtvaardig.

Korpschef Geeraert zal de aangehaalde controlewijze dan ook laten onderzoeken.  Indien dit bewaarheid wordt, dan is dat voor hem een laakbare werkwijze maar hij vervolgt meteen dat ook de houding van betrokken gecontroleerde bestuurders voor hem even laakbaar blijft, wat ook door politieraadslid Kurt Vanlerberghe wordt beaamd. Alcohol rijmt immers nog steeds niet met rijden en de schuld voor een positieve ademtest kan dan ook niet in de schoenen van de politie geschoven worden.  Het aanpakken van alcohol in het verkeer moet trouwens voor politiezone Polder een prioriteit blijven, dat moet ook blijken uit de cijfers van de voorbije zomer-BOB-campagne.  Tussen 3 juni en 29 augustus nam PZ Polder bij 759 bestuurders een ademtest af. Dat zijn er weliswaar 81 minder dan in 2015 maar bij die controles bleek toch ongeveer 10% van de chauffeurs onder invloed van alcohol te rijden. Bij 74 bestuurders werd het rijbewijs voor minstens 6 uur ingehouden. In vergelijking met 2015 steeg het aantal positieve vaststellingen dus met 3%. In absolute cijfers betrapte de politie vorig jaar “slechts” 66 automobilisten op alcohol achter het stuur.  Daarenboven liggen de cijfers voor PZ Polder ook een flink stuk boven het provinciale gemiddelde dat 4,5 % bedraagt.  Al is het uiteraard nog de vraag in hoeverre deze opmerkelijke BOB-resultaten mogelijks toch beïnvloed werden door de nu in vraag gestelde controlemethode.

Tijdens de voorbije politieraad werd ook een nieuwe analoge camera gekocht om snelheidsovertredingen vast te stellen.  Dat men bij politiezone Polder nog steeds opteert voor een analoge camera is toe te schrijven aan het feit dat in de zone nog steeds 25 flitspalen staan met een uitrusting voor een analoge camera.  Slechts 6 digitale palen, die staan op het grondgebied van Kortemark en Koekelare, kunnen met een digitale camera uitgerust worden.  Politiezone Polder beschikt weliswaar, naast de analoge camera, over 2 digitale camera’s maar de tweede digitale camera wordt gebruikt in het anoniem voertuig.  Met 1 analoge camera voor 25 analoge palen en 1 camera voor 6 digitale palen, zou kunnen gesteld worden dat de kans om geflitst te worden in Koekelare of Kortemark veel hoger is dan in Diksmuide waar 10 van deze analoge palen staan.  Maar op de politieraad relativeerde de Kortemarkse burgemeester Toon Vancoillie als lid van het poliriecollege alvast deze conclusie: slechts 10 procent van de snelheidsovertredingen wordt vastgesteld met de vaste flitspalen. (DLD)

Foto archief