De officiële opening van het gerenoveerde stadhuis dat 7 miljoen euro heeft gekost, ligt amper een slordige vijf jaar achter ons, of de schilders worden er al opnieuw verwacht in 2022.  Niet alleen is er de voorbije jaren een opmerkelijk kleurverschil ontstaan op de buitenluiken van de stadhuisvensters, ook bladdert de verf er op verschillende plaatsen reeds af.  Daarnaast zijn er nog enkele andere problemen waardoor volgens patrimoniumschepen Marc De Keyrel de renovatiewerken nog steeds niet definitief opgeleverd zijn.

Bij de renovatie van het stadhuis werd er, om financiële redenen, voor geopteerd om de oorspronkelijke bestaande maar minder kwaliteitsvolle luiken te behouden.  Deze werden daarom enkel van een nieuwe laag verf voorzien.  Maar op de uitdrukkelijke vraag van de diensten van Onroerend Erfgoed, die zich daarvoor baseerden op vooronderzoeken, moest het schilderwerk gebeuren met lijnolieverf.  Maar toen reeds werd vooropgesteld dat een onderhoud tussen de 5 en 7 jaar moest voorzien worden.  Wel zal, volgens schepen De Keyrel, deze onderhoudsperiode kunnen verlengd worden tot 10 jaar dankzij verbeterde en duurzamere oplossingen.  Deze laatste waren echter, bij de renovatie, minder voorhanden en evenmin toegestaan door de diensten van Onroerend Erfgoed.  Momenteel wordt een aanbestedingsdossier opgemaakt om de luiken te herschilderen.  Daarvoor wordt wel het verplicht advies van Onroerend Erfgoed gevraagd die dan meteen ook subsidies kan geven voor dit onderhoud.

En er zijn ook nog steeds enkele andere problemen op te lossen op het Diksmuids stadhuis.  Zo zal men eind oktober de vloeren van de dienst Burgerlijke Stand heraanleggen.  Daarnaast blijft de historische deur tussen deze diensten en de inkomhal nog steeds afgesloten met een … ketting.   Ook hier moet rekening gehouden worden met de eisen van Onroerend Erfgoed die deze deur wil behouden.  Alleen blijkt het volgens schepen De Keyrel heel moeilijk om een goede manier te vinden om deze deur af te sluiten zonder dat men essentiële ingrepen doet aan het uitzicht van de deur.  De technische diensten zijn dan ook nog steeds op zoek naar een oplossing die enerzijds de deur stevig afsluit en anderzijds de goedkeuring krijgt van de diensten van Onroerend Erfgoed.  Tot zolang blijft de weliswaar minder esthetische ketting er hangen.

En dan zijn er nog de vochtproblemen die ondermeer in de kantoren van de kelderverdieping zorgden voor een verhoogd ziekteverzuim bij de daar tewerkgestelde stedelijke medewerkers.   Maar ook daar zouden volgens schepen De Keyrel intussen de meeste vochtproblemen opgelost zijn.  De vochtproblematiek wordt wel nog steeds opgevolgd door de aannemer.  Daarnaast onderzoekt het studiebureau ook nog welk systeem kan voorzien worden om deze ruimtes te klimatiseren.  Het is niet duidelijk of ook de opvallende mosgroei op de onderste witsteen-afboording aan de buitenzijde verband houdt met de vochtproblematiek. (DLD)