Momenteel is het meerjarenplan, dat de leidraad wordt voor de komende bestuursperiode, in opmaak. De inkomsten daarvan zijn belangrijk want ze bepalen de beleidsruimte waarmee kan geïnvesteerd worden of waarmee men de schulden beheersbaar kan houden. Maar in afwachting van de finalisatie van dat meerjarenplan werden tijdens de voorbije gemeenteraad twee van de belangrijkste financieringsbronnen, de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing voorlopig status-quo behouden. Voor de aanvullende gemeentebelasting blijft dit 8% en voor de opcentiemen 1295. Toch wordt er intussen al creatief nagedacht over de toekomst van deze belastingen.
Volgens financiënschepen Kurt Vanlerberghe (Actie!/Vooruit) zijn de gemeentelijke opcentiemen op de onroerende voorheffing, de aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting en de subsidies van de Vlaamse Overheid de 3 belangrijkste financieringsbronnen voor een stad. De inkomsten uit de onroerende voorheffing, nog vaak als de grondlasten omschreven, zorgden dit jaar voor 9,7 miljoen euro aan inkomsten. Dat is 3,5% meer dan een jaar eerder. En die stijging schrijft de schepen enerzijds toe aan de inflatie en anderzijds aan de bijkomende gebouwen in Diksmuide.
Maar de schepen maakte tijdens de zitting ook de bedenking dat Diksmuide meer kan doen dan enkel het bepalen van de opcentiemen. Zo kan men lagere tarieven toepassen voor achtergestelde buurten, particulieren anders belasten dan bedrijven of eigendommen waar een warmtepomp staat lager belasten.
De financiënschepen maakte verder de bedenking dat er nooit een aanpassing kwam aan de in 1974 vastgestelde kadastrale inkomens (KI’s) die de basis vormen voor de onroerende voorheffing. Er was enkel een indexatie.
Hierdoor zijn KI’s vaak niet meer correct door onder meer niet aangegeven verbouwingen, functiewijzigingen of op- of afwaarderingen van stadsgedeelten. Hij liet tijdens de gemeenteraad optekenen dat men in een aantal gemeenten op een actieve wijze is begonnen om actualiseringen van de KI’s aan te sturen. Of Diksmuide ook deze piste wil bewandelen, dat wilde de schepen niet gezegd hebben. Voor hem was dit enkel een opsomming van de mogelijkheden die het bestuur heeft.
Biedt de onroerende voorheffing creatieve mogelijkheden, bij de personenbelasting kan enkel de belastingsvoet vastgesteld worden. En dat is in Diksmuide 8%. De basis, het belastbaar inkomen van de Diksmuideling, is immers afhankelijk van de economische conjunctuur en de inflatie. Maar uiteraard ook van de beslissingen die dezer dagen in Hertoginnedal worden genomen, aldus nog schepen Vanlerberghe.
Maar of deze belastingsvoeten behouden blijven, dat zal afhangen van de beleidsruimte, lees de centen, die Diksmuide de komende jaren nodig heeft om te voldoen aan haar noden waarvan de personeelskost één van de belangrijkste is. (DLD)