Bouwmeester Scan heeft haar eindrapport klaar waarin ze een lange termijnvisie heeft opgenomen rond ruimtelijke en duurzaamheidsvraagstukken die moeten leiden naar een ambitieuze transitie voor Diksmuide.  Het zou Diksmuide, in wiens opdracht dit rapport werd gemaakt, moeten sieren dat ze als één van de 30 Vlaamse deelnemende gemeenten, hiermee verder wil kijken dan de politiek makkelijkere korte termijn van een bestuursperiode.  Maar het rapport doet meteen ook recente beslissingen in vraag stellen.  Zo ligt de Tuinwijkverkaveling op de terreinen Vandeweghe (afbeelding rapport), waarmee eerstdaags gestart wordt, in overstromingsgebied.  En ook de nieuwe kleinhandelszone aan de Esenweg moet geschrapt worden, zo stelt het rapport, omdat baanwinkels een verzwakking zullen zijn voor het handelsapparaat in het stadshart.  Deze twee op stapel staande projecten tonen alvast aan hoe Diksmuide met dit rapport voortaan over partijgrenzen heen haar beslissingen kan aftoetsen aan een lange termijnvisie voor een duurzame stad.  Maar dat lijkt dan toch niet zo voor de hand te liggen.  Zo was alvast bij de voorstelling van het rapport vorige week niemand van het Diksmuids stadsbestuur aanwezig.

Vlaams bouwmeester Leo Van Broeck wil met zijn team hiermee de gemeenten helpen om te plannen voor plaats: ruimte voor mens en natuur in een leefbaar klimaat.  Er moet voor hem aandacht zijn voor de link tussen ruimtegebruik en de uitdagingen in het kader van de huidige klimaat- en energiecrisis.  Het rapport toont dan ook aan hoe men open ruimte kan vrijwaren en creëren, de gebruikte ruimte maximaal kan benutten via de ontwikkeling van nieuwe en betaalbare woonvormen, een efficiëntere mobiliteit en een duurzame energievoorziening.  Niet makkelijk blijkbaar want op vandaag is er geen lijn in het ruimtelijk beleid in Diksmuide.
Het dunbevolkt Diksmuide zou op de eerste plaats haar open ruimte moeten koesteren.  En dat kan via verdichting waarvoor de omgeving van het station voldoende kansrijke locaties heeft om te voldoen aan de woonbehoefte tot 2035. Een dergelijke kernverdichting wordt wel in vraag gesteld in de dorpen door de hoge auto-afhankelijkheid en het laag voorzieningsniveau.  In afhankelijke dorpen waar zo goed als geen voorzieningen zijn, wordt zelfs een krimp voorgesteld.  Verder voorspelt het rapport een sterke vergrijzing die ervoor zal zorgen dat de grote eengezinswoningen op de woningmarkt zullen komen.  Tegelijkertijd zal de vraag naar kleine, alternatieve wooneenheden stijgen.
De komst van de omleidingsweg zal volgens Bouwmeester Scan ook een uitgelezen kans zijn om de handel in het centrum te doen floreren en het mobiliteitsgedrag van de Diksmuidelingen en de bezoekers te verduurzamen wat hard nodig is gezien het sterk autoverbruik.  En dat laatste kan niet los gezien worden van het beperkt openbaar vervoer.  Gedurfde maatregelen in het stadscentrum ten voordele van fietsers en voetgangers zijn daarvoor een vereiste.  Alleen zo wordt de komst van de omleidingsweg een succes.
Maar ook het behouden van de open ruimte, die voornamelijk agrarisch is, wordt een uitdaging.  De schaalvergroting van de landbouw en de toenemende bebouwing via ondermeer de agro-industrie leggen druk op een open ruimte.  Men stelt vast dat het bouwen of uitbreiden van loodsen en serres een belangrijk ruimtebeslag in de regio vertegenwoordigt. Het zal aan Diksmuide zijn om via een strengere handhaving en een omkadering van landbouwfuncties de essentiële open ruimte te vrijwaren. Daarnaast moet de kleinschalige landbouw ondersteund worden.
Energie en klimaat worden de komende decennia ook aandachtspunten.  In Diksmuide stijgt de lokale energieproductie wel via zonne-energie maar er is geen politiek draagvlak voor nieuwe windmolens in Kaaskerke.  Er moet verder gekeken worden voor bijkomende locaties voor windturbines.  Ook de bouwmeester kijkt hiervoor richting Nieuwkapelle. Daarnaast wordt ook het voorstel gedaan om op het 60 hectaren groot oppervlak van het waterspaarbekken De Blankaart drijvende zonnepanelen te plaatsen.  Een dergelijk maar kleiner project bestaat overigens reeds in Duffel.
Ook de waterproblematiek wordt belangrijk, de Westhoek is immers een risicogebied waar het gaat over overstromingen maar ook over droogte en verzilting.  Er moeten de komende jaren concrete acties komen voor een duurzaam waterbeleid.  En de bouwmeester wil dat de Drie Mussen hun vleugels spreiden.  Hetzelfde natuurherstelproject moet ook op andere plaatsen kunnen.  Daarnaast verdient het behoud en herstel van de waardevolle graslanden de nodige aandacht. (DLD)

Het voorgaande is slechts een beperkte greep uit het eindrapport dat uiteindelijk bijna 100 bladzijden telt.  Wie begaan is met de toekomst van Diksmuide en het volledig rapport wil nalezen, dat kan via de volgende links waarbij we het rapport per hoofdstuk hebben opgesplitst (klikken op de titel voor de link):
1. Verkenning
2. Diagnose
3. Ambitie
4. Transitieagenda
5. Bijlagen