De radiozendmast van Lampernisse mag blijven.  Dat heeft eind januari een rechter bij het Hof van Beroep te Gent beslist.  Een gewestelijke stedenbouwkundige inspecteur van de provincie West-Vlaanderen had de sloop gevraagd van de 26 meter hoge zendmast. Deze staat bij het binnenkomen van Lampernisse aan de Keunekapel bij het begin van de Vissersstraat, komende van Oostkerke aan de linkerzijde van de weg. (foto)  Onbegrijpelijk voor velen dat dit kan in een beschermd dorpsgezicht maar volgens de rechter was de vordering tot sloping, in zoverre deze al niet verjaard was, wel onredelijk.  De zendmast mag bijgevolg blijven staan.  Maar deze valt, gezien zijn hoogte, ook onder de nieuwe Diksmuide gemeentetaks op hoge masten.  Schepen van financiën Kurt Vanlerberghe heeft dan ook opdracht gegeven aan Diksmuides financieel beheerder deze taks onverwijld in te vorderen vanaf het dienstjaar 2015.  Hierdoor moet de eigenaar met ingang van 2015 2.500 euro ophoesten per jaar, wil hij zijn zendmast behouden.

In de rubriek Manehoekje had voormalig voorzitter van de stedelijke milieuraad Michel Maeckelbergh de zendmast van Lampernisse opnieuw onder de aandacht gebracht.  Reeds jaren was deze mast voor zowel de voormalige voorzitter als voor zijn milieuraad een doorn in het oog.  Michel Maeckelbergh vroeg zich dan ook af hoe kleine windmolens konden geweigerd worden terwijl een zendmast van 26 meter hoog wel ongestraft en zonder vergunning kon blijven staan in het vlakke landschap van Lampernisse, dat daarenboven als dorpsgezicht geklasseerd is.  Intussen had op 29 januari 2016 de rechter van het Gents Hof van Beroep een finaal oordeel geveld in dit dossier: de zendmast van Lampernisse mocht blijven bestaan.  Toch is het de vraag hoelang deze mast nog zal blijven staan want nu valt de gecontesteerde mast ook onder de nieuwe Diksmuidse taks op pylonen.  Eigenaars van dergelijke masten die hoger zijn dan 18,50 meter moeten jaarlijks 2.500 euro ophoesten.  Dit belastingsreglement werd reeds aangevochten door beheerders van GSM-netwerken en netwerkbeheerders als Elia.  Maar Diksmuide kreeg het gelijk aan zijn zijde, deze taks is correct en bijgevolg verschuldigd.  Bijgevolg ook voor de eigenaar van de mast van Lampernisse.  Vraag is hoelang deze eigenaar bereid zal zijn jaarlijks 2.500 euro op te hoesten voor zijn private radiozendmast.

Het dossier van de zendmast van Lampernisse is overigens voor schepen Kurt Vanlerberghe ook het voorbeeld waarom men omzichtig moet omspringen met toelatingen om ook her en der kleine windmolens in het landschap toe te laten.  Speelt in het dossier van de kleine windmolens de duurzame energieopwekking een belangrijke rol, de gevoeligheid van de inplanting van de zendmast van Lampernisse toont volgens de schepen evenzeer aan dat ook de schoonheidswaarde van het open landschap in Diksmuide belangrijk is.  Het gaan dan ook om een afweging van individueel belang tegenover collectief belang.
In het lopend bouwaanvraagdossier voor de kleine windmolen in Esen kan Kurt Vanlerberghe alvast meegeven dat zijn collega-schepen van ruimtelijke ordening, die even verhinderd is wegens vakantie, het dossier nauwgezet bestudeert.  Hierbij houdt ze rekening met alle wetenschappelijke info en met de adviezen van de landbouw- en milieuraad.  Het schepencollege zal zich over dit dossier binnenkort uitspreken. (DLD)